Wij willen kinderen leren studeren, stap voor stap. Dat doen we niet door meteen grote toetsen te geven, maar door vooral te werken met thema- en bloktoetsen. Zo leren kinderen kleinere gehelen inoefenen en verwerken.
In juni zijn er ook grotere toetsenperiodes. Die worden geleidelijk opgebouwd per leerjaar.
Onze visie is duidelijk:
we willen kinderen voorbereiden op het secundair onderwijs, maar houden er rekening mee dat ze nog in de lagere school zitten.
Dat groeiproces mag trapsgewijs verlopen, op het tempo van het kind.
Doorheen het schooljaar werken we vooral met permanente evaluatie, observaties, opdrachten en toetsen na een afgerond thema.
Het rapport geeft een beeld van hoe uw kind groeit:
wat lukt al goed, wat is in ontwikkeling en waar is nog oefening nodig.
Het gaat niet om vergelijken of rangschikken, maar om persoonlijke vooruitgang. Elk kind wordt bekeken vanuit zijn of haar eigen traject.
We werken met vier rapportperiodes:
Eind oktober – Herfstrapport
Eind januari – Winterrapport
Maart/april – Lenterapport
Eind juni – Zomerrapport
1ste en 2de leerjaar
Permanente evaluatie.
Enkel toetsen bij taalontwikkeling en wiskundig denken of na een afgerond thema.
3de en 4de leerjaar
Permanente evaluatie tot Pasen.
Thema- of bloktoetsen tijdens het schooljaar.
Eindtoetsen in juni voor taal en wiskunde.
5de en 6de leerjaar
Permanente evaluatie met toetsen en dictees verspreid over het schooljaar.
Eindtoetsen in juni voor taal, wiskunde en Frans.
Voor vakken zoals muzische ontwikkeling, mediakunde, persoonsgebonden ontwikkeling, oriëntatie op de wereld en godsdienst werken we met observaties, opdrachten en permanente evaluatie.